Contant geld is voorlopig nog niet volledig weg te denken uit onze samenleving. Zo adviseerden banken afgelopen week nog om ook cash in huis te houden. In het geval van bijvoorbeeld een stroomuitval of tijdelijke storing in het betaalverkeer kunnen dan toch de boodschappen worden betaald. Als reactie op dit nieuws werd er direct weer meer geld opgenomen.
Aanleiding voor spaarplatform Raisin om uit te zoeken hoe het staat met de rol van contant geld in de samenleving. In een rangschikking van de tien grootste economieën van de eurozone neemt Nederland de eerste plaats in als het gaat om cash-onafhankelijkheid . Kort gevolgd door Finland maar met grote afstand tot de andere landen.
In de rangschikking van Raisin neemt Nederland met een score van slechts 1,55 van tien mogelijke punten de laatste plaats in. Alleen in Finland is contant geld ongeveer evenzeer uit de gratie geraakt (1,85 punten). De landen waarin contant geld nog altijd het belangrijkst is, zijn Oostenrijk (9,50 punten), Duitsland (7,10 punten) en Spanje (6,95).
In geen enkel ander land accepteren minder middelgrote en kleine bedrijven cash aan de kassa dan in Nederland (79%). In Frankrijk is dit bijvoorbeeld nog altijd 94%. Daarnaast geeft slechts 18% van de Nederlandse mkb’ers voorkeur aan contant geld. Dit staat in schril contrast met bijvoorbeeld buurland Duitsland, waar 32% van het mkb de voorkeur geeft aan cash. Alleen in Finland is cash nog minder vaak het favoriete betaalmiddel van mkb’ers (8%).
Gekeken naar het aantal geldautomaten (relatief aan het aantal inwoners) staat Nederland wederom onderaan. In Nederland staan slechts 33 geldautomaten per 100.000 inwoners. In Frankrijk is dit aantal maar liefst bijna drie keer zo hoog (94) en in Oostenrijk staan zelfs vijf keer zoveel geldautomaten per inwoner als in Nederland (169). Ook in België, dat vrijwel net zo dichtbevolkt is als Nederland, staan nog altijd twee keer zoveel geldautomaten gemeten aan het inwoneraantal (67).
Het aantal contante betalingen aan de kassa is in Nederland in de afgelopen jaren (en vooral tijdens de coronacrisis) sterk afgenomen. Waar zeven van de tien Oostenrijkers nog contant afrekenen aan de kassa, is dit in Nederland slechts iets meer dan een op de vijf (21%). Ook onze oosterburen zijn nog fervente cashbetalers: hier rekenen drie keer zoveel mensen contant af aan de kassa als bij ons (63%).
Ook naar de voorkeuren van consumenten is gekeken in de analyse van Raisin. Van de Nederlandse consumenten geeft slechts 13% aan dat cash hun meest geliefde betaalmiddel is. In bijvoorbeeld Duitsland is dit nog altijd 30%. Ook dichten Nederlanders contant geld een veel minder belangrijke rol toe dan in andere landen in de eurozone. In Nederland vindt ondertussen minder dan de helft (46%) van de mensen het belangrijk dat we met contant geld kunnen betalen.