Feiten over opties

Optiebeleggen in het kort

Het beleggen in aandelenopties van beursgenoteerde bedrijven is redelijk populair, vooral in Nederland. Het is ook niet voor niets deels in Nederland uitgevonden zo lezen we in veel geschiedenisboeken. De uitvinding van de optiehandel zou ten tijde van het VOC-tijdperk in Amsterdam gedaan zijn.

Ook zijn er verhalen dat de optiehandel op andere plekken in de wereld al eerder was geïntroduceerd. De eerste optiebeurs ter wereld opgericht, de CBOE: Chicago Board Options Exchange, werd in 1973 opgericht. In Amsterdam werd naar verluid eeuwen terug al de basis gelegd voor de huidige optiemarkten. De European Options Exchange in de Beurs van Berlage werd op 4 april 1978 opgericht. Speciaal voor beleggers die in Zweden gebivakkeerd zijn bieden wij de Zweedse website Scanaktier.se met alles over puts en calls aan. De optiebeurs ging in 1997 samen verder met de effectenbeurs en vormde samen tot Amsterdam Exchanges. Het jaar er op volgde de verhuizing naar de veel grotere beurszaal op Beursplein 5, die net daarvoor beschikbaar kwam vanwege de volledige automatisering van de effectenhandel.

Eind 2002 stapte ze definitief over van vloerhandel met druk gebarende handelaren in felgekleurde jasjes naar de stilte van beeldschermenhandel. Bekende optiebeleggers zijn onder andere Kweku Adoboli, Edward Thorp en Blair Hull. Dit artikel legt u in het kort de basisprincipes uit van de aandelenopties.

Opties alleen op de grotere aandelen

De optiewereld is een wereld opzich en wordt gekenmerkt door een gigantische hoeveelheid aan complex jargon, aparte symbolen (bijvoorbeeld de Grieken) en andere merkwaardigheden. We proberen dit allemaal in dit artikel te vermijden en willen het zo simpel mogelijk uitleggen. Aandelenopties zijn voor maar een beperkt deel van de aandelenmarkt beschikbaar.

Het zijn doorgaans alleen maar de aandelen van de hoofdindices zoals de FTSE 100, AEX en de Bel20 die opties hebben. Naast de aandelen van de hoofdindices hebben ook vaak aandelen van de midkapindices aandelen uitstaan maar dit is echter bijna nooit voor allen. Maar de kleinere aandelen (de small- en microcaps) hebben eigenlijk nooit opties uitstaan. De lage verhandelbaarheid van de kleinere aandelen is de reden hiervoor. Marketmakers moeten een minimum aan liquiditeit hebben om überhaupt opties te kunnen aanbieden.

Werking van opties

Met aandelenopties bedoelen we rechten om een aandeel te mogen kopen (in het geval van een calloptie) en om te mogen verkopen bij een putoptie. Dit zijn uiteraard omgekeerde zaken: als de beurskoers van een aandeel omhoog gaat dan worden callopties meer waard en vice versa. Putopties stijgen in waarde als de beurskoers van het onderliggende aandeel omlaag gaat.

Dit is natuurlijk een hele eenvoudige conclusie want we moeten ook rekening houden met looptijden, uitoefenprijzen, volatiliteit en rentestanden. Aandelenopties werden oorspronkelijk geïntroduceerd om meer ruimte te hebben voor zowel de koper als verkoper van een product, bijvoorbeeld een aandeel. Voor de aanwezigheid van opties moest je vroeger altijd de aandelen in bezit hebben om er van te kunnen profiteren.

Met opties is dat echter niet nodig, dit zijn namelijk zogenaamde afgeleide producten. Hiermee bedoelen we dat de waarde van een optie afhangt is van de onderliggende waarde.

Hoe werken callopties

We leggen in het kort uit wat callopties zijn.

payoff diagram calloptie
Een calloptie is het recht om een aandeel te mogen aankopen op een vooraf afgestelde datum en koers. Deze 2 zaken staan dus vast: de uitoefenprijs en de datum.

Mocht u denken dat een aandeel in waarde omhoog zal gaan dan kunt u natuurlijk het aandeel kopen. Stel dat het aandeel 10 procent stijgt dan heeft u dus 10 procent winst. Dit had meer kunnen zijn in het geval u een calloptie had gekocht. In het geval dat het aandeel Philips nu op 37 euro verhandeld wordt dan zou u bijvoorbeeld calloptie met uitoefenprijs 38 euro met een looptijd van 3 maanden kunnen kopen voor bijvoorbeeld 20 cent. U betaalt in dit geval voor 1 optie 20 euro want 1 optie heeft betrekking op 100 aandelen.

U heeft met deze calloptie het recht om het aandeel Philips over 3 maanden of eerder op 35 euro te kopen. Ook in het geval de beurskoers van het aandeel Philips op bijvoorbeeld 45 euro zou staan. Wanneer u die 100 aandelen Philips op 33 euro had gekocht zo dus bij de aanschaf direct 3300 euro kwijt zijn (100 x 33 euro).

Bij een koers van 45 euro heeft de aandelenkoper een winst van 1000 euro (100 x 10 euro). Het totaalrendement is in dit geval een enorme 28.57 procent: 1000 euro winst / totale aanschaf van 3500 euro.

De moneyness van opties

Er zijn 3 categorieën om aan te geven of aandelen onder of boven hun intrinsieke waarde liggen. Dit zijn:

  • In the money: bij callopties uitoefenkoers onder de beurskoers, bij putopties uitoefenprijs onder de beurskoers
  • At the money: bij zowel calls en puts uitoefenprijs vrijwel gelijk aan beurskoers
  • Out of the money: bij callopties uitoefenprijs boven de beurskoers, bij putopties uitoefenprijs onder de beurskoers.

    De kracht van de hefboomwerking

    De koper van de calloptie heeft echter een heel wat forser rendement. Zijn/haar inleg was fors lager en bedroeg immers maar 20 euro (100 x 20 cent). Stel dat de waarde van het aandeel op de expiratiedatum 43 euro is.

    Als we hier de uitoefenprijs van 41 euro afhalen dan is er een intrinsieke waarde van 9 euro. Die geïnvesteerde 20 cent is dan maar liefst 9 euro waard. Oftewel een rendement van maar liefst 4400 procent en dit bij een veel lagere investering: 20 euro voor de calloptie versus 3300 euro voor de 100 aandelen. Dit is natuurlijk een mega verschil hetgeen verklaart wordt door de hefboom.

    Als u aandelen koopt, dan betaalt u de volledige waarde van een aandeel. Hier dus die 47 euro. Als u een optie koopt dan stapt u als het ware op een veel hoger niveau in het aandeel en bent u niet de volle mep kwijt. Natuurlijk is dit erg rooskleurig maar ook bieden callopties voldoende risico’s.

    Wat zijn putopties

    Putopties zijn de inverse van callopties. Waar een calloptie ("call" komt van het kunnen oproepen van een aandeel) het recht is om te kopen is een putoptie het recht om een aandeel te mogen verkopen (het "put" komt van "to put a stock away"). Dit is natuurlijk alleen interessant wanneer u denkt dat een aandeel of index omlaag zal gaan.

    callopties
    intrinsieke waarde puts
    We kijken weer naar het aandeel Philips dat nu op 36 euro noteert. We gaan er vanuit dat het aandeel op korte termijn (fors) zal dalen. We kunnen dan de putoptie met een uitoefenprijs van 32 euro kopen voor bijvoorbeeld 20 cent. U zult begrijpen dat afgezien van de looptijd deze putoptie weinig waarde heeft.

    Want het aandeel is op de beurs 32 euro waard, dan is het recht om het aandeel op een euro lager te mogen verkopen natuurlijk weinig waard (lees: eigenlijk niets). En stel dat het aandeel naar bijvoorbeeld 31 euro stijgt dan wordt het recht om het aandeel op die 29 euro te verkopen natuurlijk nog minder waard. U ziet het al, de waarde van opties is heel erg afhankelijk van de ontwikkeling van de onderliggende waarde. Stel nu dat het aandeel Philips van 34 euro naar 30 euro.

    Dan is het recht om het aandeel te mogen verkopen via de putoptie op 40 euro dus wel heel veel geld waard; immers 40 minus 36 euro = 4 euro. In het geval wanneer u op 20 cent was ingestapt dan heeft u dus een gigantisch rendement van maar liefst 1500 procent gemaakt.

    Risico's van opties

    De rendementen die u met aandelenopties kunt behandelen zijn astronomisch. Desalniettemin raden wij absoluut niet aan om hier grote posities in te nemen. Het gros van de opties expireert zonder waarde want beleggers zijn vaak veel te negatief maar ook positief over aandelen.

    In de praktijk zien we echter dat veel aandelen toch vrij rustig op en neer kabbelen waardoor de opties die out of the money liggen naar 0 euro gaan (lees: dus waardeloos aflopen). Dit meldde Bertrand Sluys, een beroemde hedgefondsmanager in Brussel ons eens. Het beleggen in opties is dan ook een leuk extraatje voor de belegger om mee bezig te zijn maar het moet absoluut geen overhand in uw portefeuille krijgen. Het niet kopen maar schrijven van aandelen echter in onze ogen wel een hele interessante strategie.

    Dit geldt voor zowel gedekte callopties als putopties. In volgende bijdragen gaan wij hier dieper op in.

    Looptijden van opties

    De looptijd van een optie is een van de meest invloedrijke variabelen op de onderliggende optieprijs. Dit is logisch te verklaren want het gaat vooral om kansberekening. Stel dat een wedstrijd net begonnen is en het staat 0-0 dan is de kans natuurlijk relatief groot om te winnen (bij gelijkwaardige teams).

    Als er nog 2 minuten te spelen is dan is die kans natuurlijk fors minder. Dito geldt ook voor de kansen dat aandelenopties in the money komen. Hoe langer de looptijd hoe hoger de koers van een optie is.

    In het geval dat de looptijd van een optie nog maar heel beperkt is zien we de waarde ervan vaak zienderogen instorten. Het naderen van de expiratiedatum wordt ook wel het naderen van het ravijn genoemd omdat er dan nog amper tijd is dat de optie in the money kan komen.

    Volatiliteit dominante factor

    De bewegelijkheid van een aandeel noemen we de volatiliteit. Aandelen die bewegelijker zijn hebben logischerwijs meer kans om in the money te komen.

    Dit zijn bijvoorbeeld de technologieaandelen waarvan beleggers doorgaans hoge verwachtingen hebben. Beleggers betalen relatief meer voor deze opties omdat deze wat meer op en neer bewegen. De meer saaiere (lees: defensieve/stabiele) aandelen zoals die van uitgevers bewegen vaak fors minder en hebben dus hebben die opties op deze aandelen dus ook heel wat minder volatiliteitspremie.

    Onze beschrijving hier is maar een hele beknopte introductie uitleg over de werking van opties. In het geval dat u zou willen gaan starten met het beleggen in opties dan raden wij u met klem aan om u verder te verdiepen middels de diverse andere artikelen op onze website.