De waarnemend voorzitter van de Raad van Commissarissen van Telegraaf ("RvC") heeft op dinsdag 28 februari 2017 telefonisch aan Talpa Holding N.V. ("Talpa") laten weten dat hij "de regie naar zich toetrekt" en dat de RvC, halverwege het proces, in exclusieve onderhandeling zal treden met Mediahuis NV en VP Exploitatie N.V. ("Consortium") en dat hij de onderhandelingen met Talpa op zal schorten. Daarmee werd abrupt het initieel door de RvC expliciet erkende level playing field beëindigd.
Het abrupte ingrijpen in het proces heeft plaatsgevonden op een moment dat Talpa nog volop in gesprek was met Telegraaf over de strategie en het fusieprotocol, er gesprekken gaande waren met diverse stakeholders van Telegraaf en ondanks een op 26 februari 2017 aan de RvC aangekondigd hoger bod van Talpa, dat er op 1 maart 2017 kwam (van €6,35 per aandeel).
Op zaterdag 4 maart 2017 heeft Talpa aan de RvC haar intentie kenbaar gemaakt om haar voorgenomen bod op korte termijn nogmaals te verhogen. Talpa heeft aan de RvC laten weten de huidige impasse op te willen lossen en heeft de RvC hierover tijdig willen informeren in verband met mogelijke aanstaande besluitvorming. Talpa heeft daarbij opnieuw de RvC verzocht de onderhandelingen te hervatten.
Desondanks heeft de RvC besloten het bod van het Consortium aan te bevelen. Deze aanbeveling is publiekelijk aangekondigd door middel van een gezamenlijk persbericht op 5 maart 2017. In plaats van het gesprek met Talpa te hervatten heeft de RvC het door hem gecreëerde level playing field illusoir gemaakt door eenzijdig met het Consortium te onderhandelen, de Raad van Bestuur van Telegraaf ("RvB") op 5 maart 2017 te schorsen, en op dezelfde dag namens Telegraaf een fusieprotocol met het Consortium te ondertekenen, waarmee de RvC zich onnodig heeft gebonden aan het Consortium.
Enkele gronden voor een onderzoek door de Ondernemingskamer en het benoemen van een onafhankelijke commissaris
In het biedingsproces rondom Telegraaf heeft de RvC gehandeld in strijd met de redelijkheid en billijkheid en de beginselen van goede corporate governance. Onder meer de volgende bezwaren zijn voor Talpa aanleiding om een gang naar de Ondernemingskamer te maken.
Het vereiste en door de RvC in eerste instantie erkende level playing field heeft de RvC illusoir gemaakt door dit zonder rechtvaardiging uit het niets te beëindigen. De redenen die de RvC daarvoor aanvoert, waaronder dat hij het level playing field wel moest opheffen omdat het bod van het Consortium anders geen waarborgen voor de belangen van Telegraaf en haar stakeholders zou kennen, zijn oneigenlijk en onjuist. Telegraaf is een structuurvennootschap en daarmee reeds beschermd tegen ongewenste interventie van (groot)aandeelhouders. Bovendien kent Telegraaf een beschermingsstichting, die in het leven is geroepen om Telegraaf te beschermen tegen een ongewenste overname.
De overeengekomen fiduciary out in het fusieprotocol tussen Telegraaf en het Consortium is echter zonder betekenis. Als vereiste voor een alternatief superieur bod is immers met de RvC overeengekomen dat dit bod een realistische mate van dealzekerheid moet bieden, terwijl de RvC zelf in zijn berichtgeving impliceert dat dit niet mogelijk is voor een ander bod dan dat van het Consortium. De RvC doet hiermee voorkomen dat afspraken zijn gemaakt met het Consortium waardoor een superieur bod van een andere partij de medewerking van Telegraaf nooit kan verkrijgen. De RvC heeft nagelaten een fiduciary out te creëren die hoort bij goede governance in het kader van een openbaar bod en die past bij een situatie waar er al twee biedingen zijn.
Zelfs als er geen enkel aandeel onder het bod van het Consortium wordt aangemeld, heeft het Consortium de vrijheid om zijn bod gestand te doen met als gevolg dat hij de meerderheid van de commissarissen (3 van de 5) kan benoemen. Door hiermee in te stemmen dient de (al ongebruikelijk lage) acceptatiegrens van 70% geen doel en heeft de RvC de facto de zeggenschap over Telegraaf aan het Consortium overgedragen en daarmee de belangen van diverse andere stakeholders, in het bijzonder de werknemers en de minderheidsaandeelhouders, niet voldoende in zijn afweging betrokken.
Prijs
Het voorgenomen bod van Talpa van €6,50 per aandeel vertegenwoordigt een premie van 8,3% ten opzichte van het aanbevolen bod van €6,00 zoals aangekondigd door het Consortium en Telegraaf op 5 maart 2017. Het voorgenomen bod vertegenwoordigt een premie van 10,2% boven het eerdere bod van €5,90 per aandeel van het Consortium, welke eerder door het Consortium als een finaal bod omschreven werd, omdat het boekenonderzoek geen hogere prijs zou rechtvaardigen.
Het voorgenomen bod van €6,50 per aandeel ligt ook boven de drempel van een concurrerend bod, zoals vermeld in het gezamenlijke persbericht van het Consortium en Telegraaf op 5 maart 2017.
Talpa onderschrijft en ondersteunt de strategie en plannen zoals geformuleerd door het senior management en de RvB en welke zijn goedgekeurd door de RvC. Talpa heeft, in tegenstelling tot het Consortium, geen vooringenomen standpunten met betrekking tot de verkoop van Keesing. Talpa constateert dat het Consortium de verkoop van Keesing reeds heeft aangekondigd en dat deze stap een belangrijk element is van de strategische rationale voor het bod van het Consortium.
Talpa beschikt op basis van certain funds over direct beschikbare geldmiddelen om haar voorgenomen bod te financieren zonder gebruikmaking van acquisitiefinanciering. Dit in tegenstelling tot het Consortium. Gezien de activiteiten van Telegraaf is Talpa ervan overtuigd dat een prudente financiering noodzakelijk is. Deze prudente financiering in combinatie met de financiële kracht van Talpa en de financiële positie van Telegraaf , zonder verkoop van het tafelzilver, zorgt ervoor dat Talpa blijvend kan investeren in de toekomstige strategie van de combinatie van Telegraaf en Talpa.
Telegraaf zal een separate entiteit vormen binnen Talpa. Telegraaf zal blijven beschikken over een eigen directie en onafhankelijke redactieraden. De identiteit van Telegraaf en haar merken zullen daarmee behouden blijven. Met betrekking tot de positie van Telegraaf binnen Talpa, heeft Talpa afspraken en bescherming voorgesteld in het concept fusieprotocol om de positie van Telegraaf binnen de combinatie van Telegraaf en Talpa te waarborgen. Talpa heeft daarbij voorgesteld dat onafhankelijke commissarissen daarbij nakoming van deze afspraken kunnen afdwingen.
Talpa is voornemens zich met de combinatie van Telegraaf en Talpa primair te concentreren op het realiseren van groei en opbrengstsynergiën in plaats van het realiseren van kostenbesparingen. Daarnaast verwacht Talpa geen significante besparingen en afvloeiing van werknemers bij Telegraaf , anders dan wat reeds besloten en aangekondigd is door de RvB met de steun van de RvC.
Hoewel het Consortium heeft aangegeven dat er geen materieel banenverlies te voorzien is als direct gevolg van zijn bod, meldt het Consortium dat selectie van medewerkers zal plaatsvinden voor eventueel overlappende posities binnen de combinatie op basis van het ‘best person for the job’ principe, hetgeen duidelijk anders suggereert.
Talpa heeft in haar concept fusieprotocol afspraken en bescherming voorgesteld om de status van Telegraaf en de positie van haar werknemers en redactieraden te waarborgen. In het voorstel van Talpa zullen onafhankelijke commissarissen toezien op de naleving van deze afspraken.
Op 7 maart 2017 heeft Talpa Beheer B.V., een groepsmaatschappij van Talpa, op de beurs 365.218 certificaten van aandelen in Telegraaf gekocht tegen een volume gewogen gemiddelde prijs van €6,500. De hoogste prijs betaald per certificaat in een transactie op 7 maart 2017 was €6,50.
Als gevolg van deze transacties heeft Talpa - samen met haar groepsmaatschappijen - de zeggenschap over 11.171.578 certificaten in Telegraaf , vertegenwoordigend 24,10% van het totaal aantal uitgegeven en uitstaande (certificaten van) aandelen in het kapitaal van Telegraaf .